‘Zien leidt tot gedenken, gedenken tot doen’, aldus een uitspraak uit de Joodse Talmoed. Het is het motto van het kleine Museum Sjoel Elburg. De voormalige synagoge die sinds een kleine tien jaar museum is en inzicht wil verschaffen in de geschiedenis van de Joodse gemeenschap in het slechts 270 bij 340 meter grote middeleeuwse vestingstadje Elburg.
Huwelijkskandidaat selecteren
Ik zie het motto uit de Talmoed staan en moet denken aan de romans van de Joodse schrijver Chaim Potok, die ik ooit allemaal las en waar mensen zich met moeite losmaken van het orthodoxe gezin waarin ze opgroeien. In zijn boeken komt de Talmoed veel voor, het boek met uitspraken, discussies en commentaren van vooraanstaande rabbijnen op het oude testament. En er staan veel raadsels in Potoks boeken, raadsels die rabbijnen hun studenten voorleggen om de geest te scherpen. Dat brengt mijn gedachten bij het lied Tumbalalaika in de versie van de Klezmer Conservatory Band. Daar wordt het volgende raadsel bezongen waarmee een jongen een potentiële huwelijkskandidate wil selecteren: ‘What can grow without the rain, what can burn forever and never stop burning and what can cry and yet shed no tears?’ Het antwoord volgt na enkele omzwervingen: een steen, liefde en een hart.
Lokale verhalen
Zo droom ik weg in Museum Sjoel Elburg met zijn warme blauwe en diepgele tinten. Het museum wil het Joodse leven in Elburg en daarbuiten presenteren aan de hand van verhalen van de inwoners. Nu woonden er in Elburg in hoogtijdagen maar 120 Joden en vlak voor de Tweede Wereldoorlog nog geen 40, maar het museum is erin geslaagd om met lokale verhalen de Joodse geschiedenis in de mediene, zoals de Joodse gemeenschap buiten Amsterdam wordt genoemd, op een aantrekkelijke en gevarieerde manier in beeld te brengen. Met film, geluidsfragmenten, schatten en dingen om zelf te doen.
Beste Kleine Museum van Nederland
De drukte, het gepraat en heen-en-weer-geloop tijdens een dienst in de synagoge hebben hier plaatsgemaakt voor een prettige en weldadige rust. In plaats van met mensen, is de ruimte nu gevuld met objecten. Een grote maquette van de synagoge staat prominent in het midden van de zaal. Je kunt er net als in een poppenhuis naar binnen kijken en zien hoe het er ooit uit moet hebben gezien. Rondom staan bankjes en monitoren. Ik luister naar de opperrabbijn die vertelt over het interieur, de gebruiken en rituelen in de synagoge. Zoals over de 600.000 letters in de wetsrollen en dat als er 1 letter ontbreekt, het boek niet meer klopt.
Joods leven in Elburg
Op groot scherm tegen de achterwand komen historische beelden voorbij van het Joodse leven in Elburg. Waar ooit de banken voor de mannen stonden, staan nu zuilen waar ik kijk en luister naar de familiegeschiedenissen van oudere Elburgers. Er zijn vitrines met uitleg over de Joodse feestdagen en op de plek waar de rabbijn vroeger Hebreeuwse les gaf, maak ik nu op de computer een virtuele tour over de 100 meter verderop gelegen Joodse begraafplaats. Dus zoom ik enigszins voyeuristisch in op de teksten op de graven. Maar één ding is zeker: het is bepaald geen raadsel waarom het Museum Sjoel Elburg vlak na de ingebruikname de prijs won voor het Beste Kleine Museum van Nederland.